Weekspreuk 51
21 -25 maart
Frühlingserwartung
Ins Innre des Menschenwesens
Ergießt der Sinne Reichtum sich,
Es findet sich der Weltengeist
Im Spiegelbild des Menschenauges,
Das seine Kraft aus ihm
Sich neu erschaffen muß.
Voorjaarsverwachting
De rijkdom van de zintuigwereld vervult
Het innerlijk van het mensenwezen,
De wereldgeest herkent zich nu
Gespiegeld in het mensenoog,
Dat daaruit zijn kracht
Opnieuw moet putten.
Voorjaarschoonmaak
We hebben van Rudolf Steiner geleerd, dat iedere week weer anders is. Het verschil zit hem in de blikrichting. Kijken we in onszelf, of wordt het oog naar buiten getrokken? Worden we innerlijk verwarmd door de geboorte van het Kerstkind, of koesteren we ons in de warmte van de zomerzon?
Deze weken voor Pasen zijn bijzonder, omdat binnen en buiten steeds meer in evenwicht geraken. Rond 21 maart passeert de zon de lente-evening; dag en nacht zijn nu even lang. Er is even rust. Zo ervaart de mens zich in balans tussen binnen- en buitenwereld. Rustig kan hij om zich heen kijken en de wereld aanschouwen. De kracht van het ontluikende voorjaar houdt zich nog in; de geborgenheid van het eigen innerlijk opent zich. Het is als de voorjaarsschoonmaak, waarbij ramen en deuren open gaan en licht en lucht maken dat het huis van binnen weer schoon en nieuw wordt. Wat oud is wordt vervangen zodat je opeens anders naar je interieur kijkt.
Zo vergaat het ons innerlijke huis ook. We kijken met een nieuwe blik de wereld in en wat we waarnemen dringt door tot in het binnenst van onze ziel. Het draaipunt van de balans tussen binnen en buiten is ons oog. Aan wat we daarbuiten waarnemen ontstaat het verlangen tot innerlijke vernieuwing. Maar evenzeer voelt de ‘wereldgeest’, zich waargenomen door de mens. Zoals de wereldgeest zich gespiegeld vindt in het mensenoog, zo kan de mens reflecterend, in zijn ziel ruimte maken voor de wereldgeest.
In Bachs Mattheuspassion komt een aria voor met een wonderlijke tekst. De tekstdichter spreekt niet van wereldgeest, maar van ‘het heil’ en laat de mens zeggen: ‘Als de wereld daarbuiten te klein voor je is, wil ik op mijn manier ook wereld en hemel voor je zijn.
Ich will dir mein Herze schenken,
Senke dich, mein Heil, hinein
Ich will mich in dir versenken;
Ist dir gleich die Welt zu klein,
Ei, so sollst du mir allein,
Mehr als Welt und Himmel sein.
Ik wil mijn hart u toevertrouwen,
Ik wil alleen van u nog zijn,
Slechts op u wil ik nog bouwen;
Is dan de wereld u te klein,
Dan zult ge alleen voor mij
Meer dan aard en hemel zijn.
Luister naar:
‘In de Week’ is nu ook in boekvorm verkrijgbaar, klik hier...
AntroVista